Menu

Jaarverslag 2021

Menu

Jaarverslag 2021

Menu

Vermogensbeheer

Activiteiten beleggingscommissie
In 2021 heeft de beleggingscommissie negenmaal vergaderd. Naast vijf reguliere vergaderingen is de commissie viermaal extra bijeengeweest. Aan het begin van het jaar is de allocatiestrategie geëvalueerd en vervolgens aangepast. Ook is er een extra vergadering geweest over een investeringsbeslissing. Tenslotte zijn aan het einde van het jaar twee extra vergaderingen gehouden waarin is besloten om een gedeelte van het jaarrendement apart te zetten, om de komende jaren uitgaven van het Fonds in het kader van de doelstelling te kunnen garanderen.

Beleggingsstatuut
Verder heeft de beleggingscommissie in 2021 de beleggingsstrategie, zoals vastgelegd in het beleggingsstatuut, zo goed mogelijk gecontinueerd. Uitgangspunt hierbij zijn de grenzen die zijn gesteld in het beleggingsstatuut. Indien deze worden overschreden wordt dit besproken in de commissie en worden zo nodig (achteraf) wijzigingen aangebracht in de portefeuille. In de loop van het jaar heeft de beleggingscommissie de beleggingsstrategie geëvalueerd. Naar aanleiding hiervan is het beleggingsstatuut op enkele punten aangepast. Het herziene belegginsstatuut is in de vergadering van december vastgesteld door het bestuur. De stichting wordt in het beheer van het vermogen bijgestaan door de VermogensMeesters. Zij verzorgen de periodieke rapportages evenals de advisering aan de beleggingscommissie over de allocatie van het vermogen en de te selecteren instrumenten dan wel externe fondsmanagers.

Vermogensontwikkeling 2021
De stichting hanteert vanaf 2018 een doelrendement per jaar van inflatie plus 3%. De beleggingsportefeuille is in 2021 gestegen met bijna 80 miljoen euro en heeft een rendement behaald van + 35,1%. Het ligt opnieuw ruim boven de gewogen referentie index voor de portefeuille (zie grafiek).

De rendementen 2021 (in%) van de portefeuille (totaal en per beleggingscategorie) versus de referentie index.


Bekijk toelichting

Indexen: Private Equity MSCI World NR EUR +3% a
Aandelen MSCI Europe ESG Leaders NR EUR * 70% + b
MSCI North Am. ESG Leaders NR EUR * 15% + 
MSCI Asia-Pac. ESG Leaders NR EUR * 15%
Vastgoed S&P Europe Property TR EUR c
Obligaties BarCap Euro Government AA TR EUR d
Missie ger.  BarCap Euro Nederland TR EUR + 0,5 % e
Portefeuille 30% * a + 35% * b + 5% * c + 25% * d + 5% * e

Twee punten zijn duidelijk:
  1. De aandelen in de portefeuille (al dan niet beursgenoteerd) zijn verantwoordelijk voor het positieve portefeuillerendement;
  2. De aandelenposities in de portefeuille hebben beduidend beter gepresteerd dan representatieve marktindices.
Het eerste punt komt overeen met de gekozen strategie voor de portefeuille. Het Fonds heeft een lange beleggingshorizon en belegt om die reden overwegend in ondernemingen vanuit de overtuiging dat dit op langere termijn het meeste rendement genereert. Het tweede punt is het gevolg van de geselecteerde bedrijven in de portefeuille. De beursgenoteerde bedrijven in de portefeuille worden aan strenge selectiecriteria onderworpen. Controversiële bedrijven en industrietakken worden gemeden. De selectie van de bedrijven in een overigens goed gespreide portefeuille vindt daarnaast sterk plaats vanuit fundamentele financiële gegevens en verwachtingen. Bij de niet beursgenoteerde posities vindt de selectie plaats door de managers van de betreffende programma’s. Ook hierin is inmiddels een goed gespreide portefeuille opgebouwd met managers bij gerenommeerde partijen. Gevolg van de selectie (zowel bij de beursgenoteerde bedrijven als bij de managers en hun programma’s) is een forse afwijking naar sector en regio ten opzichte van referentie indexen. Klassieke industrietakken komen maar beperkt of in het geheel niet voor (zoals banken, verzekeraars, zware industrie, nutsbedrijven). Qua regio’s ligt het accent zwaar op Noordwest-Europa.

Het rendement is in november 2021 aanleiding geweest tot een herallocatie in de portefeuille door een aanzienlijk deel van de beursgenoteerde aandelen en private equity investeringen te verkopen en om te zetten naar kortlopende staatsobligaties. Achterliggend motief is het tijdig veiligstellen van liquide middelen ten behoeve van toekomstige bestedingen of investeringen in de lokale samenleving, aansluitend bij het doel van de stichting.